Geschiedenis van Gistel

De naam Gistel komt van het Latijnse woord ‘Gestella’, zelf ontstaan door de samenvoeging van twee Germaanse woorden.

GAISTU: hogere zandstrook langs polder of moeras
LAUHA: beboste plaats

In de gegevens waarover we nu beschikken is er al sprake van de plaats Gistel in het jaar 988. Het was een pauselijk document (een bulle) [1] waarin paus Johannes XV volgende melding aan bisschop Liudolf van Noyon-Doornik schreef:

“… dat hem het ongestoorde bezit van de kerk van Gistel wordt verzekerd ...”

Deze bevatte ook de eerste vermelding van de kerk, waarvan de bisschop het patronaatsrecht bezat.

Middeleeuwen

Abdij Ten Putte

Bertolf van Gistel zorgde ervoor dat Gistel in 1070 al in het wereldnieuws kwam: hij liet namelijk zijn echtgenote Godelieve van Londesvoorde wurgen.

Deze gebeurtenis bezorgde Gistel de heilige Godelieve (heiligverklaring in 1084), de Godelieveabdij / abdij Ten Putte (stichting omstreeks 1100) en een jaarlijkse processie die plaatsvindt op de eerste zondag na 5 juli. Een zwarte bladzijde in de geschiedenis van de abdij is de vernietiging ervan door de geuzen in het jaar 1578 tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648). De zusters benedictinessen vluchtten naar Brugge, waar een nieuwe abdij werd opgericht. In 1891 vond de herstichting van Ten Putte plaats. De priorij kreeg in 1934 weer de titel van abdij [2].

In het Godelievemuseum verneemt u meer over Godelieve en de geschiedenis van de abdij. In de filmzaal kunt u kijken naar een film over de Gistelse heilige.

In de middeleeuwen was Gistel (ook wel Gestella/Gistella of Ghistelle/Ghestelle genoemd) een graaflijke heerlijkheid. De groei van Gistel moet te danken zijn aan de bevaarbaarheid van een kreek, waardoor deze vooruitgeschoven plek langs de toenmalige grillige kustlijn een strategische positie verwierf in de verdediging tegen de Noormannen.

Zolang de kreek bevaarbaar bleef, ontwikkelde Gistel zich tot een haven- en handelsnederzetting. In de 12e eeuw kende Gistel al een versterkte vesting. In de 13e eeuw verwierf Gistel de stadsrechten.

In 1488 kreeg Gistel een zware klap te verduren tijdens de opstand van Vlaanderen tegen de troepen van Maximiliaan van Oostenrijk. Tijdens de opstand vonden verschillende plunderingen en vernietigingen plaats.

In 1542 kwam Gistel in handen van de Italiaanse familie Affaitati: kooplieden en bankiers die zich in Antwerpen hadden gevestigd. De geuzenplunderingen (o.a. in de abdij) in het Brugse Vrije (waarvan Gistel toen deel uitmaakte) en het daarop volgende beleg van Oostende zorgden ervoor dat de regio ontvolkte.

Vroegmoderne tijd

Doordat de familie Affaitati op gespannen voet leefde met de lokale clerus, zijn het vooral de aartshertogen Albrecht en Isabella van Oostenrijk (de landvoogden van de Zuidelijke Nederlanden) die de heropbouw stimuleerden tijdens het Twaalfjarig Bestand (1609-1621). Pas na de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) investeerde de familie fors in Gistel en werd het een waar bedevaartsoord rond de heilige Godelieve. In 1638 werd het kanaal Plassendale-Nieuwpoort aangelegd. De stad kreeg via de Gistelvaart (gedempt ca. 1980) en de Waerevaart een aansluiting hierop. Dat bevorderde zijn economische situatie.

Nadat Gistel in 1794 als deel van de Oostenrijkse Provincies bij de Franse Republiek werd geannexeerd, verloor het al zijn middeleeuwse rechten en voordelen, dus ook de titel ‘stad’.

Moderne tijd

Bij het ontstaan van België in 1830 veranderde er niets aan deze toestand.

Gistel werd wel bij K.B. van 30 april 1838 als gemeente erkend. Gistel kreeg als wapen een veld van keel (rood) en een zilveren keper (witte omgekeerde V) van hermelijnen. Als vlag kreeg het twee horizontale banen: bovenste rood – onderste wit.

Met de aanleg van de steenweg Oostende-Wijnendale (18e eeuw), de spoorweg Oostende-Torhout (Spoorlijn 62) (19e eeuw) kreeg Gistel nieuwe economische impulsen en kende het een groei. De realisatie van de E40 (A18) verhoogde de bereikbaarheid van Gistel in belangrijke mate.[3] Sinds 1991 is de vroegere spoorlijn, de zogenaamde Groene 62, een West-Vlaams provinciaal fiets- en wandelpad.

Belangrijke figuren waren Pieter (Pierre) Bortier en Alfred Ronse. Onder impuls van Pieter (Pierre) Louis Antoine Bortier (1805-1879) werden er in de gemeente verschillende arbeidershuisjes en volkstuintjes opgericht. In 1855 bouwde hij de Britanniahoeve, een modelhoeve naar Engels voorbeeld. Alfred Ronse (1876-1962) stichtte na de Eerste Wereldoorlog werkhuizen voor onder andere molenbouw.

Gistel is ook de stad van sterke Flandriens. Niet alleen de twee glansrijke eindoverwinningen van Sylveer Maes in de Ronde van Frankrijk in 1936 en 1939, maar ook de prestaties van Johan Museeuw staan in de wielergeschiedenis vermeld. Romain Maes, de winnaar van de Tour in 1935, woonde eveneens vele jaren in Gistel.

In 1971 fusioneren Moere en Zevekote met Gistel en verliezen vlag en wapen (K.B. 20 januari 1971).

In 1977 fusioneert Snaaskerke met Gistel en verliest vlag en wapen (K.B. 17 september 1975).

Bij het besluit van de Gemeenschapsminister van Cultuur van 3 december 1984 krijgt Gistel een nieuw wapenschild en een nieuwe vlag:

Wapen  afbeelding hiernaast Een gotisch schild
Een veld van keel met zilveren keper gevuld met hermelijnen
Vlag  afbeelding hieronder Volledig rood veld,

waarin het zeer oude wapenschild, een witte keper gevuld met zwarte hermelijnen, wordt verwerkt.

Bij wet van 19 juli 1985 wordt aan Gistel de titel van ‘stad’ toegekend.

Stadhuis – archief

Het voormalige stadhuis bevond zich vóór 1995 op de hoek van het marktplein, in het centrum van de stad. Het archief bevond zich toen in wanordelijke toestand op wankele houten rekjes op de stoffige zolder.

Sinds 1995 wordt het archief bewaard op de zolderverdieping van het administratief centrum (Heyvaertlaan 18). Er werden nieuwe verplaatsbare metalen rekken in compactopstelling geplaatst (om ruimte te besparen)[4], zoals we in de modernste archiefplaatsen vinden.

Om documenten uit het archief te raadplegen, kunt u contact opnemen met archivaris Fauve Deconynck (fauve.deconynck@gistel.be, 059 27 02 26).

Huisstijl stad Gistel

Sinds 5 september 2002 is de officiële website van Gistel online. Bij die start van de gemeentelijke website hoorde ook een nieuwe, gemeentelijke huisstijl (logo hieronder te zien).

In 2018 hernieuwde stad Gistel zijn huisstijl met een nieuw logo en bijhorende sublogo’s (zie hieronder).

Met het nieuwe logo zetten we de centraliteit van Gistel in de kijker, dicht qua locatie, dicht bij zijn inwoners en dicht bij zijn beleidsdomeinen. In het embleem zien we onder andere de nabijheid van de zee (het golfje), de kustlijn (de schuine lijn) en de lijnen van het vlakke polderlandschap in Gistel. De typografische cirkel van de letter g duidt op Gistel als centraal punt op de kaart.

Gistel morfologisch 

Gistel bevindt zich in het arrondissement Oostende van de provincie West-Vlaanderen.

Deelgemeenten oppervlakte in ha aantal inwoners
centrum Gistel 1520 ha 9043
Moere 989 ha 1178
Snaaskerke 855 ha 1283
Zevekote 860 ha 657
Totaal 4224 ha 12161

Voetnoten en bronnen:

[1] Dit document bevindt zich in de pauselijke archieven te Rome.

[2] Sint-Godelieveabdij Gistel 1891-1991,vzw Abdij Ten Putte, vzw Vrienden van het Sint-Godelievemuseum. Met dank aan Marc Vansevenant en Hans Gryspeert.

[3] https://nl.wikipedia.org/wiki/Gistel

[4] J. Vannieuwenhuyse, 1.1 Archieforganisatie in Vlaanderen, in de Cursus Archiefbeheer bij de lokale en provinciale besturen. Archieforganisatie (Brugge, school voor Bestuursrecht van West-Vlaanderen) p.4.